In deel 2 van het bezoek aan Ate Atema ging het na de grasparkieten, de trap op naar de bovenruimte met net weer wat andere kromsnavels. De valkparkieten waren Ate te onrustig en daarom heeft hij gekozen voor de soort Cyanoramphus, beter bekend als Karakiki. Deze vogels van ongeveer 25 centimeter zijn rustiger en hebben een speels karakter, naast de wildkleur zijn er diverse mutaties met levendige kleuren. Wel maken ze er een rommeltje van door het zaad uit de zaadbakken te gooien, maar daar gaat Ate zeker wat op vinden, dat kun je wel aan hem over laten. Hij kweekt in enkele vluchtjes ook nog voor een andere kweker die er geen ruimte voor had. Mooi als je elkaar in de hobby een beetje kunt helpen.
Een lekker bad genomen en dat is dan jammer voor de fotograaf maar de verzorging van de veren gaat voor.
Binnenkort volgt deel 3 een fotoreportage van het bezoek aan het pluimveemuseum in Barneveld.
Ben benieuwd naar de oplossingen die Ate heeft bedacht. Kakariki’s zijn enorme rommelmakers en om die drift te bedwingen moet je van goed huize komen; maar dat is Ate wel toevertrouwd.
Komt wel goed en anders zal hij wel overschakelen.