Op zaterdag 13 juli werden de vogels in bruikleen teruggebracht naar Uwe Effertz die woonachtig is in Keulen (Duitsland). Eerst een 90 minuten reis van Nijverdal naar Stokkum in de net aangeschafte Toyota van Jos waar Appie Buitenhuis en Rob Alofs klaar stonden. De bus van Rob was vol geladen met 25 kilo zakken zaad, die bij Uwe professioneel werden uitgeladen op de stevige schouders van deze club grasparkietenliefhebbers. Uwe wist dit te waarderen en had een grote taart opgehaald zodat Jos zijn ontbijt alsnog kon inhalen.
In een stevig tempo wist Uwe de jonge vogels en baby’s aan ons voor te schotelen in de fotokooi. De vogels zijn erg tam en laten zich gemakkelijk fotograferen, dus werden er veel foto’s gemaakt. Echter is er niet de tijd om de vogels volledig tot rust te laten komen om de optimale foto te maken. De lezer moet zich daarbij ook realiseren dat de vogels uitgevangen worden, in een bepaalde fase van de ontwikkeling zitten en niet show klaar gemaakt zijn. Bij bepaalde bevederingstypen is dit een voorwaarde om de vogel op zijn top te kunnen fotograferen. Maar van deze vier violette vogels op een rij, de speciale kleurslag voor de show in Hapert van 2020, is de kwaliteit wel eenvoudig te zien en ook de teentjes die bij bepaalde vogels naar voren staan. Wat betreft de violette kleurslag is er nog wel eens een misverstand ten aanzien van de vererving, om het simpel te zeggen voor een echte violet gaat het altijd om een enkele donkerfactor in de blauwserie. Een uiterlijk duidelijke kobalt kan dus nooit de violet factor vererven, want als deze vogel de violet factor heeft dan is deze vogel een violet. Een echte violet is dus een kobalt met een enkele- of dubbele violet factor. Aangezien de violet factor (dat is dus geen split omdat het een zelfstandige factor is) verscholen kan zitten in alle andere kleurslagen, niet zichtbaar of min of meer zichtbaar, ontstaan hier vaak de misvattingen. Uit twee lichtgroene vogels die een een violet factor bij zich dragen kunnen dus geen echte violette vogels komen. Dit zijn dan hemelsblauwe violette vogels, die ook geen kobalt zijn maar daar wel op lijken.
In 6 weken tijd kunnen de vogels er al weer heel anders uit zien, dus dit tweede bezoek in korte tijd aan Uwe Efferts was heel leerzaam. Het is goed te zien hoe de verschillende lijnen met hun eigen kwaliteiten zich ontwikkelen. (Zie hieronder de eerste en derde foto wat betreft de lengte van de veer die door komt.) De wat compacte vogels met de brede nekken en visueel in verhouding wat korter lijken omdat de stokstand wat minder aandacht heeft gekregen (veelal de grijze en grijze cinnamon vogels) ten opzichte van de blauw serie waar ogenschijnlijk meer lengte op zit omdat de stokstand beter is en de broekbevedering korter. Het spel om dit te combineren geeft al mooie resultaten. Daar kon ik een 3 maand oude grijze baby van mee nemen, benieuwd hoe dit gaat uitwerken op mijn eigen vogels. Gaat het juist alle kanten op of manifesteren zich de sterke punten, of is er net iets minimaal nieuws te ontdekken wat vastgelegd kan worden en verder kan uitgroeien tot een kenmerkende eigenschap.
Op de derde foto (boven deze tekst) is te zien bij deze baby dat dit een ander type is en ook meer lengte boven de stok geeft met een mooie ruglijn ondanks dat de vleugels niet mooi rusten op de stuit.
Beide geelmasker cinnamon poppen (verschillende leeftijdfase) met vergelijkbare positieve eigenschappen in de bovenbouw wat betreft de richting van de bevedering en de voorwelving laten zien wat het effect is van de stokstand op het totaal beeld van de vogel. Een poppenparade in alle vormen en maten een solide basis voor de kweek.
Op de foto links en rechts is te zien dat de vleugelboog te veel naar voren komt waardoor de vleugels de stok raken, bij een betere conditie en borstvorming zal dit minder opvallen maar de anatomie en de spierkracht is wel een onderdeel waar op de show ‘punten’ mee te behalen zijn.
Weer een leuk stukje Peter.
Ik heb uitermate genoten van al deze hoge kwaliteitsvogels en het verslag! Een kleine aanvulling op de violetfactor. De donkerfactor met de violetfactor zorgt ervoor dat wij een echte violet zien. De violetfactor vererft dominant volgens mij ziet de dubbelfactorige violet zonder donkerfactor er ook als een echte violet uit. Dit verschijnsel zien we ook bij de halsbandparkieten met de dubbele violetfactor zonder donkerfactor, je twijfelt dan helemaal niet over de violette kleur. Zou dit dan bij de grasparkieten anders zijn? Helaas heb ikzelf te weinig ervaring met violette vogels.
Hemelsblauwe violette vogels zijn eigenlijk violette vogels die slecht van kleur zijn. Immers violet is dominant dus zijn deze vogels violet, ook al zit de violetfactor slechts op 1 allel. Alleen kunnen wij mensen dat niet zo goed waarnemen. Pas als er een donkerfactor bij zit of als op beide allelen de violetfactor zit, zien wij ze duidelijk als echt violet.
Kijk Jan, goed opgemerkt, in het verleden heb ik uit 2 groenen, violetten gekweekt, ik kan niet meer zeggen of het 1 donkergroene split blauw was, of dat het beide split blauw Of violet waren???? Maar een feit was dat ik uit 2 lichtgroenen, violette jongen kweekte,. Dit heb ik ook met Peter besproken echter we zijn of hebben beide een andere mening.
Op dit moment heb ik 1 jonge violet man gekweekt deze ga ik verparen aan 1 donkergroene en 1 lichtgroene onverwante poppen dit jaar. volgend jaar ga ik alle jongen terug verparen als dit binnen de mogelijkheden ligt en het licht of donkergroenen zijn. Komt mooi uit in het VIOLETTEN jaar van de NGC/DBS
De enige manier om mijn punt te onderbouwen.
Met vriendelijke sportgroeten , een fijne vakantie voor iedereen en een dikke knipoog naar allen 😉
Bij de NBvV bij de kleine kleurgrasparkieten noemt men de groenen met de violetfactor gewoon violetgroen. Maar daar zijn ze alle kleurbenamingen aan het aanpassen naar voorbeeld van de agaporniden en grote parkieten. Bij deze vogelsoorten heeft men veelal dezelfde mutaties als bij onze grasparkieten. Dit doet men om voor iedere mutant op dezelfde naamgeving uit te komen, deze naamgeving wordt ondersteund door de COM. Dus dan heb je al veel landen die hetzelfde doen. Alleen bij onze standaard postuur grasparkieten doet men dat “nog” niet. Hebben we nog tegen kunnen houden. Maar nu ik geen keurmeester meer ben en er nog weinig specifieke grasparkietenkeurmeesters over zijn, zullen ze ook geen tegengas meer krijgen vermoed ik zo. De leden vinden het ook raar dat er voor de standaard grasparkieten een uitzondering in de “internationale naamgeving” wordt gemaakt.
En juist tegengas….is zo belangrijk Jan, goed opgemerkt, want dan blijft eenieder scherp !